Rikie was nog schoolgaande. Na schooltijd was zij haar moeder behulpzaam en was altijd in de weer voor haar broertje en zusje. De dag, dat zij getroffen was, was zij nog niet op straat geweest. In de namiddag viel er een granaat en op slag ging zij haar broertje en zusje roepen op straat en terwijl zij de deur opendeed viel de volgende granaat, waardoor zij op het hoofd werd getroffen. Ook een beentje werd afgerukt. Moeder heeft een heel verlies aan haar. |
René Kok, 'Wegens bijzondere omstandigheden...' : 's-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944 (2008) 380-381